
Pluimen en moord
En vandaag was weer een hetsige dag, zoals wij Vlamingen dat hier zeggen.
En vandaag was weer een hetsige dag, zoals wij Vlamingen dat hier zeggen.
Jerry was weer eens een paar dagen de hort op. Net als de andere keren verwachtte iedereen dat hij over een paar dagen wel weer terug zou zijn.
Luna en Siepie zijn even een tijdje boos. Op mij. De boosheid begint in de middag in mijn appartement.
Op kamp gaan als vrijwillige begeleider is ieder jaar weer een feest. Ook dit jaar hebben we met zijn allen er weer veel energie ingestoken en dat wierp vele vruchten af…
Als een schaduw stond ik gebogen over het lieve hulpeloze schepseltje, dat mijn oog ontwaard had in het voorbijrijden naar mijn terrasje met pannenkoek, op deze anders geheel normale zondagnamiddag.
Rustig komt Jerry m’n kamer binnenwandelen. Zijn nagels scherpt hij met behulp van mijn vloerbedekking die inmiddels niet langer ongehavend op de vloer ligt.
Wuppie is weg.
Lieve, mooie, zachte Wuppie. Verdwenen. Zo hoeft het voor Siepie niet meer.
Toen de jonge merel uit onze vijver was gevist door mijn man, dachten we dat het wel over zou zijn met de pret.
Mijn katers kregen een heuse uitnodiging om op de koffie komen ten huize Blankie. Je gelooft het nooit, ik die zo mijn best doe om een beetje sociaal te doen buiten de huiskamer slaag daar nog niet in.
Drie katten, drie karakters. Maar in één komen ze toch alledrie overeen. Aandacht. Alle drie willen ze af en toe – de één wat meer dan de ander – aandacht.
Ik woon in een appartement. Eén hoog, smal gangetje, woonkamer, slaapkamer, keukentje en dakterras. Naast mijn woning is dit ook de leefwereld van mijn katten Luna en Siepie.
Hoewel wij een prachtig mooi huisje hadden opgehangen voor de koolmeesjes, is er eigenlijk geen enkele keer gebruik van gemaakt.