De merelfamilie – vervolg

Toen de jonge merel uit onze vijver was gevist door mijn man, dachten we dat het wel over zou zijn met de pret. Wie haalt het tenslotte in zijn hoofd om dezelfde fout opnieuw te maken? Volledig mensengedachten toekennend aan de merelfamilie gingen wij er in ieder geval niet van uit dat er snel een nieuw nest zou komen. Niets is minder waar, natuurlijk.

Poepjes

Column De merelfamilie: MerelAl weken zien we moeders flink af en aan vliegen en bij elke landingsvlucht horen we een prachtig piepconcert. Nee, het landingsstel mankeert niets en de remmen werken ook nog prima: ze heeft gewoon nieuwe jongen te voeren! Vandaag kwam ik er achter dat moeder echter nog een tikje in de war is af en toe. Terwijl ik de picknicktafel sta te boenen buiten (want het is een sport geworden voor haar om juist dáár alle poepjes te droppen) hoor ik naast me een enorme bons. Geschrokken kijk ik op en verwacht de een of andere suffe duif op de grond te vinden, die het nodig vond om te proberen door onze grote ruit heen te vliegen. Dat komt wel eens voor namelijk, maar… blijkbaar niet vandaag. Er was geen vogel te bekennen en Nol, onze je-weet-wel-kater, kwam mauwend naast me staan met dikke staart. Wat wás dat en zorg dat het weggaat, ik ben bang!

Ik sus Nol richting de druivenplant verderop in onze tuin en kijk de huiskamer in. Krijg nou wat! Madame Merel zit binnen! Ik kan het amper geloven en stuif het huis in. Daar zit ze op onze vliegenetende plant (in staking), hijgend en met een snavel vol goodies. Mijn hart bonkt en het enige dat ik denk is: wáár is de camera? Waar heb ik het ding neergelegd? Ik herinner me dat hij nog boven ligt, op de computerkamer, omdat ik gisteren foto’s had gemaakt van een grote, lange en vooral absurd felgroene rups. Snel ren ik naar boven, grijp de camera en struikelend kom ik weer beneden aan. Ik schiet het eerste plaatje en bedenk enigszins teleurgesteld dat de belichting helemaal niet goed is. Dan hoor ik opeens gesmak.

Het raam

Je kent die katten in tekenfilms vast wel. Die gaan er eens rustig bij zitten, scherpen hun nagels één voor één en wachten dan rustig af tot het vermeende hapje in de buurt komt. Zo zat Sarah er nou ook bij: rustig in haar mandje naar boven starend, wachtend tot dat heerlijke hapje naar beneden zou kletteren en bij dat geweldige idee alvast ‘voorsmakkend’. Want dat die merel voor háár was, dat was wat haar betreft overduidelijk.
Ik besluit dat het perfecte plaatje maar op zich moet laten wachten en leg voorzichtig de camera opzij, om de vogel niet bang te maken. Weinig kans. Bij mijn eerste beweging vliegt de merel angstig op, knalt tegen het grote raam en fladdert dan, nog geen tien centimeter voor Sarah langs, zichzelf doodvermoeiend tegen de ruit op en neer.

“De merel hijgt zich nu helemaal te pletter en probeert angstig van mijn grijpgrage handen weg te vliegen…”

Worstelen

Er is geen seconde meer te verliezen. Ik ren op Sarah af, die nog enigszins verbaast toekijkt hoe dichtbij dat zalige hapje opeens is, grijp haar uit haar mandje, krijg drie snauwen en twintig nagels in mijn armen, zet haar op de gang, trek de deur snel dicht en ren op het raam af. De merel hijgt zich nu helemaal te pletter en probeert angstig van mijn grijpgrage handen weg te vliegen. Inmiddels staat Sarah alweer naast me te mauwen (shit, kattenluikje vergeten!) terwijl ik na flink worstelen eindelijk de merel tussen mijn vingers voel. Snel houd ik de vogel boven mijn hoofd terwijl Sarah een klimpoging onderneemt langs mijn gloedjenieuwe nette broek. Terwijl ik de kattennagels uit mijn broek probeer te schudden probeert de merel mijn vingers af te knippen met haar snavel.

De veertjes zijn niet van de lucht en Sarah weet niet meer wat ze moet doen: achter die donsveertjes aan of die vogel boven mijn hoofd grijpen. Ze besluit het eerste en terwijl inmiddels een derde vinger aan de snavel moet geloven, loop ik naar buiten. Ik vouw mijn handen open, krijg een boze fluit om de oren en daar gaat ze dan, rechtstreeks naar het dak van de schuur. Het enige bewijs van de hectiek van zojuist is het ‘cadeautje’ in mijn handpalm. Stank voor dank.

Boze kwetter

Ik zucht eens diep, was mijn handen en wil Sarah een aai geven. Ze loopt verontwaardigd weg. Hoe haal je het in je bolle hoofd om mijn eten zo voor mijn neus weg te snaaien! Buiten probeert Nol de aandacht te trekken van de merel. Lief mauwend met de oren omhoog kijkt hij op tegen de schuur, dan eens naar mij en dan weer terug naar de schuur. Met een boze kwetter verdwijnt de vogel uit zicht en Nol mauwt sip nog even door. Dan draait hij zich om en zoekt zijn plekje onder de druivenplant weer op.
En de merel? Die kwam vrij snel weer terug, met nieuw voer in de snavel voor nieuw bloed in de tuin van de buren. Voorlopig houden we de deuren maar weer even gesloten en niet alleen om de katten binnen te houden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *