Filet Miauw

‘Het doel heiligt de middelen,’ miauwde mijn Jaspertje me toe op tegensprekende toon, het moment ik hem voor de zesde keer die ochtend betrapte in Tobiasjes billen te bijten. Daar zijn tweede strafopsluiting in het kleine kamertje die ochtend hem dus nog steeds niet geleerd had, besloot ik hem een koekje van eigen deeg te geven. Streng kijkend plukte ik hem van zijn broer, onder luid protest van zijnentwege, en beet gedreven en streng kijkend in zijn bil. Niet te hard natuurlijk, maar net genoeg om een nijp te geven, al was die pels in mijn mond niet het lekkerste dat ik me voor ontbijt kon toewensen.
Mijn witte knuffel gaf een kneutpiepje, keek mij met bizarre ogen aan, sprong misnoegd uit mijn armen en ging zich vervolgens uitvoerig zitten wassen, want ik had hem natuurlijk verschrikkelijk vuilgemaakt.

Sloeberkriebels

Witte langharige kat kijkt uit het raamOndertussen kwam Tobias een beetje troost zoeken door tegen mijn been te wrijven, waarop ik hem zacht toe sprak. ‘Wat heeft die witte broer vandaag sloeberkriebels in zijn lijfje, hé vrienteken? Zijn bordje is nochtans gevuld, zo’n honger kan hij toch niet hebben dat die in jouw sportbillekes komt bijten. Tobiasbillen dienen daar niet voor.’ En zo verder en zo voort, u kent dat wel.

Onderwijl zag ik in mijn ooghoek dat een versgewassen Jasper zich klaarmaakte op een nieuwe demarrage richting streepjesbroer. De stand van zijn oren liet niets aan de verbeelding over. Heel even deed hij of ik onzichtbaar was en trachtte hij me schalks te ontwijken. De kleine sjamfoeter raakte maar niet geleerd deze ochtend, wat heel eigenaardig was, want meestal was het net andersom. Meer nog, over het algemeen diende Tobias berispt te worden daar hij zijn broer niet als bowlingkegel mag gebruiken wanneer die ergens zat te suffen, zelfs niet als het net leek of hij er om vroeg. Een hoognodig moeder-zoon gesprek diende zich aan.

“Hij wist donders goed dat billen bijten in dit huis door niets of niemand getolereerd werd…”

Schijnboos

Terwijl ik schijnbaar ongeïnteresseerd langs hem wegwandelde om richting keuken te gaan met mijn ik-heb-eerst-koffie-nodig-blik, plukte ik hem in de vlucht van de grond, waarbij hij me verwonderd aankeek.

Ik zette mij neer en plantte zijn langharig achterwerkje op mijn schoot en draaide zijn snoet naar mij toe, hield zijn voorpootjes vast onder zijn oksels en keek indringend in zijn oogjes.
Haast meteen draaide hij zijn snorharen op neerwaartse stand en keek me schuldbewust aan. Hij wist donders goed dat billen bijten in dit huis door niets of niemand getolereerd werd. Toch kon hij het zich op gezette stonden niet laten.
Toch was ie enkel schijnboos, want we zijn immers allemaal jong geweest, toch? Waarschijnlijk was de schat weer onderhevig aan lentekriebels en wist hij met zichzelf geen blijf. Heel begrijpelijk, maar dat wil nog niet zeggen dat de andere huisgenoten daardoor geterroriseerd moeten worden.

Zitmodus

In deze woning zijn echt wel gedragsregels te respecteren en wie zich er niet aan houdt wordt gestraft, zelfs ik, zo zit dat.
Zo hield ik Jasper op mijn schoot terwijl hij me in het lang en het breed vertelde wat ie daarvan dacht. Toch had ik geen moeite hem in zitmodus te houden. In feite diende mijn hand voor niet meer dan een steuntje in zijn rug, hij spartelde zelfs niet tegen, al zou een onbekende die enkel de muziek hoorde daar vast over denken.

Na een vijftal minuten kreeg ik alweer medelijden met het hummeltje en ik vleide zijn pootjes neer. Automatisch kroop hij meteen omhoog richting rechterschouder terwijl hij zijn lijfje tegen me aan drukte en zijn achterwerk in mijn hand plantte. Daar hing hij dan, als een stola op zijn bijna geliefkoosde plekje. Nu praatte ik knuffeltonerig tegen hem terug, hij was tenslotte erg flink geweest wat het uitzitten van zijn straf betreft. Daarop schoot zijn ronkmachientje meteen op gang.

Toch hebben we het nog even gehad over het feit dat poesjes, ook al zien ze er nog zó lief uit, en al zijn ze moekes liefste schatjes, ook hun manierekes moesten houden. Tenslotte liep moeke, ik dus, toch ook niet rond om iedereen in de billen te bijten wanneer ze net rustig lagen te slapen en zo. Het zou trouwens een rare boel worden.

Schattigheidsfactor

Twee katten uitgestrekt op de vloerJasper bekeek me met zijn olijfgroene kijkers en wreef als antwoord zijn neusje tegen mijn neus. Hij had het begrepen. Ik liet hem afstappen via de salontafel waarna hij zachtjes naar de zetel trippelde waar zijn broer een schijnslaapje lag te doen, terwijl hij met één oog over zijn pootje naar ons keek. Jasper wierp zich voor Tobias op zijn zomerzijde onder een prrrtkroetmrieoaw geluid van het schattige slag. Broerlief verwelkomde die beweging met Jasper meteen een grote lek over zijn neus te geven, waarop jasper zijn buik naar boven rolde, zijn voorpootjes onder zijn kin plooide en zijn lieflijkste snorgeluid bovenhaalde.

Terwijl Tobias hem tussen de oren waste keek hij mij aan met een blik van ‘zie je nu wel, zelfs filet miauw kan onze band niet breken.’ Tegen zoveel schattigheidsfactor kon mijn moederhart niet op, toch blijf ik bij mijn standpunt; ‘filet miauw of niet, billekes dienen niet om in gebeten te worden,’ zo zit dat.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *