Levensles van een sofasloor

Column Levensles van een sofasloorMet een blik die het midden hield van iemand die leed aan chronische tulpenadoratie en er uitzag als vervallen adel met zijn – ik-wil-deze-week-absoluut-niet-luisteren-of-gekamd-worden-look, zou ik het vast mooi kunnen verwoorden in één rake zin, ware het niet dat ik zwak ben in stationsliteratuurschrijven. Maar zoals mijn witste vriendje daar zat op zijn disignerbedje, bleef het bij vrolijk fronsen en pijnlijk kijken naar mijn typvinger die absoluut niet mee wilde.

Jaspermans had tenslotte voor zichzelf besloten dat hij enkele dagen het varken ging uithangen en hield zich dus ook uitsluitend bezig met al wat in een normaal huisgezin vooral niet goedgekeurd kon worden. Zelfs Dexter, die normaal gezien zijn grote witte broer altijd steunt had er genoeg van – en dat wil wat zeggen.

Hoewel Dexter duidelijk onderhevig was aan een voortdurende tweestrijd om zijn witte held ten allen tijde van straf te helpen ontlopen, goed te miauwen of te camoufleren én zijn uiterste best deed om de sfeer luchtig te houden, liet hij geregeld verstaan dat het voor hem heus wel iets minder wild kon en dat een beetje minder onstuimigheid vast beter was voor ieders welzijn. Helaas, de schervenweek was ingezet en Jaspers prutspootjes waren nooit ver weg.

Gareel

Jasper had zich trouwens eveneens keihard voorgenomen om elke straf aan zijn adres vierkant naast zich neer te leggen en daarna lustig te hernemen wat hij reeds gestart was. Het lijkt zwak om dit toe te geven, maar niets hielp om hem in het spreekwoordelijke gareel te houden. Charmant en demonstratief negeerde hij dus elke verwittiging of berisping van mens en medebroerpoes.

Felix die normaal de ‘hardy’ (lees bengel) in huis is, bleek al helemaal van zijn melk door het manifesterende gedrag van J. Wolkmans en dat kon je geregeld van zijn verwonderde snoet aflezen.

Shampoodood

Toen Jasper tenslotte statig de badkamer uitsniepte nadat hij alle potjes voor de tweede keer die dag in bad had gefriemeld en gekieperd waarbij Felixje dankzij enkele levensreddende reflexen – hem aangeboren – amper aan de shampoodood ontsnapte en daarna met zijn grootste heiligengezicht ging zitten triomferen, was ook voor hem de maat vol. Bedelend, miauwend en met een dikke hanglip kwam hij vertellen dat het zo echt niet langer meer kon. Een hoognodig mensmoeder-katzoon gesprek drong zich weeral op. Jasper moest en zou tot de orde geroepen worden. Als mens die alle rommel meestal diende op te ruimen, kon ik niet anders dan zijn verzoek pruilend inwilligen. Wij (de mensen) trokken na kort overleg onze conclusies en gingen onze mensenoudersinvloed wel eens even netjes en geweldloos laten gelden dat het hem lang zou heugen, want ondanks het feit dat de rommel die witte prutsmans veroorzaakte wel wat narigheid met zich meebracht, was het toch knap vervelend om een anders zo lieverdje hard te straffen. Het was vast een fase en iedereen heeft al eens zo’n fase vond ik, wat niet wil zeggen dat hij overal naadloos mee weg mag en kan blijven komen natuurlijk.

Algemeen Poezig Nederlands

Toen ik na het zoveelste gezinsonvriendelijk vandalismegetint prutskapriool mijn moment zag, schoot ik me achter mijn witte smurf aan die zichzelf ondertussen weeral geheel onschuldig maar met gespijkerde blik in de spiegel zat te bewonderen. Stil sloot ik de deur en besloot mijn op-één-na-oudste eens onder vier ogen te spreken. Na enig verzet –en mijn (loos) dreigement dat ik zijn neusje eens tussen zijn twee oren zou plaatsen- kwam het er eindelijk uit. Hij miauwde het me toe in één lange adem en begrijpend en geduldig, luisterde ik aandachtig. Jasper wou uit zijn brave imago van sofasloor breken en nam het opeens gewoon iets te drastisch aan. In feite was hij het gewoon een beetje moe dat iedereen hem steeds voor ‘Brave Rikkie’ aanzag, de witte snoes die nooit iets mispeutert, de brave knuffel die altijd tevreden is, de zetelklever, die groenogige schat die altijd subliem naar de achtergrond verdwijnt als er wat te beleven valt. Dit laatste murmelde hij mij toe in keurige poestaal en neergeslagen blik. Echt waar, Algemeen Poezig Nederlands had er niets aan, en ik besloot terstond dat de voorziene represailles veel malser zouden worden dan eigenlijk gepland was.

Sloeberstreken

Na zijn uitgebreide relaas werd ik even stil, heel stil, om vervolgens hard in lachen uit te barsten en mijn lievelingsJaspertje eens goed te knuffelen. Verbouwereerd keek die mij enkele tellen aan, priemde toen zijn pluimstaart in de lucht en gaf me een dikke natteneuzenwrijf terwijl ik hem vrolijk door zijn pels woelde. Ach, misschien werd het gewoon weer tijd voor een nieuwe lading afleiding in ons traditioneel doordeweeks gezinspatroon. Tenslotte heeft iedereen al eens nood aan iets anders en met de zomer in het vooruitzicht… Jaspertje wilde gewoon eens de kwajongen in huis zijn, de witte bliksem die met zijn durf en kracht iedereen verbijsterd achterliet en dat verklaarde zijn sloeberstreken van de laatste dagen. Het was niet meer dan dat en ik beloofde hem dat indien hij het iets minder drastisch aanpakte, wij hem niet meer gingen behandelen als die grote slaapmuts die hij anders was, ook al dut hij dan stellig meer dan de andere katers.

Na wat over en weer gekwebbel kwamen we uiteindelijk tot een compromis en Jasper beloofde op zijn lievelingsBrekkies om nooit meer met spreekwoordelijk bestek te smijten en als ie een probleem had, hij dat sneller zou uiten. Ik op mijn beurt, beloofde een en al oor te zijn als hij een probleem aankaartte zonder hem uit te lachen. Waar zijn ouders anders voor.

“Verbouwereerd keek die mij enkele tellen aan, priemde toen zijn pluimstaart in de lucht en gaf me een dikke natteneuzenwrijf terwijl ik hem vrolijk door zijn pels woelde…”

J. Wolkmans

Weet je, al mocht ik het hem niet laten merken, in feite was ik eigenlijk stiekem blij dat mijn Brave Rikkie zich eens manifesteerde, vóór zijn assertiviteit verschrompelde door dat comateuze zetelkleven. Zo besefte ik ook weer dat we niets of niemand vanzelfsprekend moeten nemen omdat het in feite al jaren zo zijn gangetje gaat en zo komen die beentjes weer eens van de grond, want natuurlijk trok ik de opzettende twijfel door naar vriendlief… nog zo’n braverd. Misschien kwam het net door het contrast in de anders zo brave volgzame Jasper dat ik mezelf opeens betrapte op het feit dat ik daar misschien helemaal niet genoeg bij stil sta. Een mens vervalt immers al gauw in gewoonten en routines… Misschien moest ik mijn tête à tête met J. Wolkmans maar schijnbaar achteloos doortrekken naar een vruchtbaar kabbelend gesprekje met schatlief, voor ook hij eventueel drang zou krijgen opeens drastisch te gaan doen met guitenstreken of erger nog, snode plannen om zichzelf te manifesteren… zo met die zomer in zicht en zo. Men wete immers maar nooit en alles is beter dan vervallen in voorzichtige zinloosheid. Je hebt trouwens niemands karakter in je zak wonen.

Harmonie

Die avond had ik dus dat vruchtbaar kabbelend gesprek met mijn tweebenige lieverd en die vond een beetje prikkeling op zijn tijd best een aanlokkelijk idee. Naderhand besloten we in gezinsconclaaf om op tijd en stond terug regelmatiger iets ongepland leuks te doen en zo leuke emoties op ongeziene wijze in onze oude traditie te hergieten, zodat onze bekende harmonie in glorieuze ere wordt hersteld. Al verdacht ik Jasper ervan hem reeds stiekem op de hoogte gebracht te hebben, want in mijn ooghoek zag ik een vette knipoog van mannelijk verstandhouding…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *