Kriebelenbuik

De zomer breekt eindelijk weer aan en dat valt te merken aan verschillende factoren. Mensen beginnen te niezen en bij de eerste zonnestraal die de thermometer boven de zestien graden Celsius duwt, zijn de dapperen onder ons al te bezichtigen in korte outfitjes. Waar de ouderen onder ons dus knarsend hun ongenoegen over laten blijken, vanwege de schandalige lengte of de blootheidsfactor, die de grens van ‘deftig’ zwaar overschrijdt. Terwijl het andere geslacht dit allemaal gewillig aanhoord, maar tevens zo slim is om geen weerwerk te bieden. Zij genieten immers stiekem van dit extraatje. Tijdens deze seizoensverandering is er natuurlijk ook veel interactie tussen het merendeel van de levende gebeende, gegrate en potige levende wezens.

Schaamteloosheid

Column KriebelenbuikEr wordt openlijk blijk gegeven van enige dartelheid en de hormonenoorlog viert hoogtij. Bij verschillende van onze gevinde, gevederde, gepluimde en van pels voorziene dieren… is er een grote belangstelling voor de andere sekse. Alle geprivilegieerde dartelheden, worden lachend en zonder schaamte, weggewuifd en ondergebracht met slechts 1 zin: “’t zal den overgang wel zijn zeker.” Zo kan ieder dan naar eigen wil en believen er lustig op los flirten, zonder van enige schaamteloosheid beschuldigd te worden.

Alle ongeschreven wetten en regels moeten wel onder de noemer; “binnen de perken” blijven en hebben geenszins als enig doel om te schaden. Enkel om te behagen en bij een aantal onder ons om te paren. Hier ter plaatse, wordt enig onbehagen waargenomen door enkele verstokte eenzaten, wanneer de buurt weerom overspoeld wordt door luid miauwende, op kattinnenjacht zijnde katers.

Tochtige dames

De enkele zeldzame ’tochtige’ dames die het wagen om een luchtje te scheppen, zullen er rekening mee moeten houden dat deze mannelijke soortgenoten met hun buik vol kriebels, alles in het werk stellen om de mooiste, charmantste en de meest aangewezen partner te zijn, om hun beider genen door te geven.
De ladies in kwestie, die zich meer dan welbewust zijn van hun tijdelijke macht, maken dankbaar misbruik van deze uitsloverij, om de van paringsdrang gestuurde katers, het arme hoofd op hol te brengen.

Deze hofmakerij duurt dagenlang en enige botsingen met mannelijke soortgenoten zijn niet te ontwijken. Er staat tenslotte veel op het spel. De mooiste, grootste en sterkste kater mag dan apetrots met zijn prille liefde de bosjes intrekken.

“Deze hofmakerij duurt dagenlang en enige botsingen met mannelijke soortgenoten zijn niet te ontwijken…”

Engelenmuziek

Toch tieren jaloezie en krachtmetingen welig. Dag en nacht zijn de stoere huilebalken bezig, zichzelf aan te prijzen en dit met een vanuit hun lendenen omhooggestuwd gezang, dat voor het andere geslacht blijkbaar als engelenmuziek in de oren klinkt. Dit spektakel duurt dus dagenlang. Maar, elke dag vallen er katers af die een partner hebben gevonden. En de sukkels die achterblijven, blijven ontroostbaar verder zoeken naar hun van nature ingegeven en opgelegde taak. Voor hen is er maar één ding dat nog van tel is; “Paren.” Eten, slapen en spelen of ander entertainment, is nu van ondergeschikt belang.

Na ongeveer een week, zijn hun oogjes bijna rooddoorlopen door het tekort aan voeding. Hun stembanden zijn vermoeid van dagenlange zang. Van de eerst zo luidruchtige paringsklanken schiet niet veel meer over dan wat flauw gemiauw.
De beestjes zelf, zijn herleid tot hun halve lichaamsgewicht. De ooit zo mooi glanzende pels vertoont nu vale matte plekken en sporen van gevechten. Een kale plek en enige bijtsporen getuigen van een heroïsche strijd. In niets nog lijkend op die mooie kater van enkele dagen tevoren, druipt een slachtoffer van de hormonenrush bijna levensmoe af, om eenzaam onder een boom zijn wonden te likken.
Wezenloos staart hij voor zich uit, uitgelachen door zijn buren. Tot, een lokkende miauw zijn oor streelt. Daar staat, op nog geen twintig meter van hem, een oprecht mooi schepsel dat hem vertedert aankijkt, vervolgens op haar rug gaat liggen en ondertussen kirrende geluidjes voortbrengt die hem en zijn hormonen weer in actie doen schieten. Zij is mooi bruinzwart met witte voetjes, een ware hitsige katerdroom.

Knettergek

Het lijkt er op of hij deze keer geluk zal hebben want niets wijst er op dat hij momenteel niet de enige kater in de buurt is. Hij besluit zijn kans te wagen. Met een van pijn, uitgewrongen keelgeluid maakt hij haar te kennen dat hij beschikbaar is. Ze krult wulps als antwoord op zijn vraag.
Eindelijk breekt ook voor hem een periode van liefkozen en knuffelen aan. Dan stort hij zich op haar met zijn tederste nekbeet, maar ze grauwt van zich af. Toch lijkt ze hem te mogen, ze maakt hem gek. Trots als een pauw laat hij zijn prachtmeisje bewonderen aan de buren die net nog, zo met hem lachten.
‘Eigenlijk heb ik dat lang niet slecht gedaan’ denkt hij grimassend. Ze is veel jonger en mooier dan de andere meisjes. Knettergek maakt ze hem.

Eindelijk denkt hij het evolutionair bestaan van zijn genen veilig hebben gesteld maar telkens op net dat moment, trekt zij haar spreekwoordelijke staart in. Horendol en gulzig neemt hij uiteindelijk wat hem zoveel maal ontzegd is als zijn vrouwtje hem uiteindelijk toestemt, zonder te krabben en te slaan. Gelukzalig glimlachend zien wij hen naderhand liggen zonnen onder een struik. Tot zover beperkt zich zijn vaderschap.

Tevreden keert hij huiswaarts waar hij met open armen ontvangen wordt. Een heerlijk bordje met lekkernijen wordt hem voorgeschoteld, waarvan hij dan ook dankbaar en gulzig eet. Tevreden strekt hij zich uit en trekt al spinnend naar zijn warm gereserveerd plaatsje nabij de verwarming.

De rust keert langzaamaan weer in de straten en het laatste geluid dat zijn vermoeide hersentjes registreren, is het vermoeide gemiauw van een soortgenoot, wiens nageslacht nog steeds niet verzekerd is. Nog steeds dolend door de straten op zoek naar…

RRRRRrrrronkkkkk

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *