Een echte bofkont!
Mijn allereerste kat was Mollie. Ik haalde haar op uit het asiel. Er zaten heel veel katten te wachten op een baasje maar mijn keus viel op een grijszwart gestreepte Cyperse poes. Zij zat zo trots als een pauw te wezen maar daarnaast straalde ze zachtheid uit. In eerste instantie schrok ik van haar leeftijd. Ze was al negen jaar.
‘Ik neem haar,’ besliste ik. Vergeten zal ik nooit wat de verzorgster uit het asiel daarop tegen Mollie zei: ‘Wat ben jij een bofkont!’
Kattengejank
Ik had totaal geen ervaring met katten. Mijn hele leven dacht ik dat katten “vervelende beesten” waren. Als dat vaak genoeg door verschillende mensen wordt geroepen, ga je dat vanzelf geloven. Als kind werd ik regelmatig wakker van kattengejank. Mijn vader schoot midden in de nacht met een waterpistool op de herrieschoppers of gooide een emmer vol water uit het raam. De volgende avond kermden ze weer. Het hoge kermende geklaag hield ons nachtenlang uit onze slaap. De buurman kwam met zwaar geschut aanzetten. Met een luchtbuks probeerde hij die ‘rotkatten’ een toontje lager te laten zingen.
In de mooi aangelegde tuintjes groeven katten kuiltjes om hun ontlasting in te deponeren. Natuurlijk wilden de “kattenhaters” dit probleem snel verhelpen. Ze losten dit op door een lijntje te spannen of door puur gif te strooien.
Als kind zag ik een kat als loslopend klein wild. Ze liepen een beetje buiten en renden weg als een hond ze achterna liep. Ik dacht zwart-wit. Je was of een hondenliefhebber of een kattenliefhebber. Ik was een hondenliefhebber en een kattenhater.
“Het kattengejank kwam menigmaal van mij af want haar scherpe nagels leken de klauwen van een tijger…”
Knuffelen
Mollie liet mij inzien dat je en van honden en van katten kunt houden. Ik moest in het begin erg aan haar wennen. Als je haar teveel knuffelde, bleek je haar prooi. Het kattengejank kwam menigmaal van mij af want haar scherpe nagels leken de klauwen van een tijger. Ik had heel wat diepe schrammen van haar in mijn armen staan.
Mollie was een kat die zelf bepaalde wanneer ze geknuffeld wilde worden. ’s Avonds voor de televisie nestelde zij zich op je schoot en bleef daar uren maffen.
Toen ik korte tijd later samen met haar ging verhuizen, bleek ze zich moeiteloos aan de situatie te passen.
Tien jaar lang was Mollie mijn maatje tot ze op haar negentiende jaar overleed. Ik zie het als bewijs dat het ook heel leuk kan zijn om een oudere kat uit het asiel te kiezen en daar een echte bofkont van te maken!